Misschien herinneren jullie het nog:
Iets meer dan een jaar geleden lag er Ć©Ć©n klein wonder te spinnen op het kleed in de zon. We vonden haar meteen al het liefste en mooiste poesje ter wereld en we noemden haar Sinne. 

Onze Sinne, inmiddels de poezenschoonheid van de straat heeft afgelopen voorjaar waarschijnlijk een charmante rode heer ontmoet, en van het een kwam het ander:


In de nazomerdagen beviel ze van drie rode pluizenbolletjes! 
En dus hebben we nu,een jaar later en opeens vier poezenwonderen in huis. 
Ze zijn zo bijzonder mooi en zoet!

De dagen waarop ik thuis was, ben ik vastgekluisterd aan de kartonnen doos in de keuken. Het huisje van de poezenfamilie. Daar vergat ik de rest van de wereld en keek ik eindeloos glimlachend en vol geluk en liefde naar het tafereel. 
Ik maakte nog nooit zoiets bijzonders mee!








De drie babytjes deden de eerste dagen niets anders dan samen dromen en melk drinken bij mama.
Na ongeveer anderhalve week keken ze de wijde wereld in.























Nog een week later konden ze al heel zachtjes spinnen. Sinne spint de hele dag door, sinds de kleintjes uit haar buik waren gekomen.
Sinds een paar dagen maken ze hun eerste wankele stapjes door de keuken!










En nu ze al weer wat groter zijn spelen ze stoeipartijtjes met elkaar (en vallen daarbij in slaap.)
Ze houden elkaar warm en woelen in mama's vacht.
Is het geen pracht?














Twee keer achter elkaar ging het mis bij de Hema met het ontwikkelen van mijn analoge zomerfoto's, het kleine flitsklepje bleek achteraf waarschijnlijk niet goed dicht te zijn geweest telkens, want aan de zijkanten van elke foto waren gekke oranje vlammen te zien. Ik nam de half mislukte foto's mee naar een bankje in de botanische kruidtuin in de stad en knipte voorzichtig de vlammen weg aan de zijkanten. Ik droeg een sjaal want de wind was al een beetje herfstig.
Bij zomerfoto's hoort herfstwind.


Uiteindelijk ben ik toch nog heel blij met het resultaat met de weggeknipte oranje vlammen!














































































Het was een zomeravond, een zondag in juli. Wies en ik hadden ons tentje weer opgezet in de appelboomgaard van de leuke verstrooide boer met zijn boerderijtje buiten de stad.
De kippen scharrelen om ons heen en de koeien loeiden, de meisjes zwierden door het weiland.
Wies nam plaats in het gras. En we dronken wijn achter een van de boer zijn oude hooiwagens, lachten de hele avond en plonsten s'ochtendsvroeg in het water.


Grote zomeravonturen samen


Voordat we naar Straatsburg door zouden gaan stopten we bij Clervaux, het mooie oude kastelen stadje in Luxemburg waar ik het in de vorige post over had.
Het zat vol zoete pandjes, zachte kleuren, mooie bloemstruiken en oude ramen.
We aten veel te dure ijsjes die helemaal niet lekker waren maar wel mooi bij mijn rokje stonden. En trokken door naar Straatsburg.











 















Hij fotografeerde mij bij de afgebrokkelde roze muren. Eerst gaf hij me tientallen aanwijzingen over waar ik precies naartoe moest kijken.
Ik droeg mijn grappige tweedehands zonnebrilletje dat misschien ook nog wel door een dame in de jaren zestig is gedragen.




Als ik deze foto zie weet nog hoe fijn ik me voelde, hoe onze harten gevuld waren met liefde die dagen in Straatsburg. Aan zijn hand nieuwe steden ontdekken maakt me zo gelukkig.


Nora's appartementje in het centrum van Straatsburg was niet alleen prachtig ingericht, maar zat ook vol mooie plekjes en hoekjes.
Wanneer je naar de wc wilde, moest je eerst via de keuken door de erker, waar je uitkeek op de stad en de tuinen van de buren.
Ik fotografeerde hem in de morgen terwijl het water opstond voor de thee, de zon scheen glimpjes op zijn mooie rug. 





Tijdens de lange reizen maakten we veel tussenstops bij bloemenvelden en uitkijkpunten.
De bovenste foto is nadat het dappere fiatje meters had geklommen, en we een stuwmeer hoog in de bergen vonden.
De bloemetjes waren op een regenachtige en mistige dag, terwijl we de benen strekten.



Lange smalle weggetjes die uitkomen op het grote meer had je in de Franse Alpen heel veel. Er was er een op de camping waar we een paar nachten stonden en hij fotografeerde me op een van deze verstopte plekjes vlak voordat we doorgingen, nog verder naar het Zuiden.





































Turijn was te warm, maar oh zo mooi en oh zo Italiaans. We slenterden door de warmste straatjes en ik fotografeerde hem met zijn gestreepte shirt, hij mij terwijl ik de trap opliep naar een kathedraal.
Hier waren onze laatste dagen van het geweldige avontuur samen.





Toen we onze handen warmden aan kopjes koffie en tijdens ijskoude fietstochten de tenen eraf vroren in de
winter, tijdens koude ritjes door de mist en storm in Friesland, verlangden we stiekem al naar dit grote avontuur. 

Samen, met het blauwe autootje en een tentje achterin door de zomer reizen. Zonder plan en navigatie, met kaart en met elkaar!
Het grote doel was op de plaats te komen waar de Fiat vandaan komt: Turijn.
Klimmen en rollen over kronkelweggetjes door de bergen, mijn hand op zijn knie terwijl we rijden en alle raampjes open. 
Over de grensgebieden en stad en land. Over smeltende wegen door de zomerzon met klamme handen en zere billen van het zitten, en door de frisse ochtenden en donkere nachten met het dekentje. Deense jazz uit het steriootje. 

Onze droom is uitgekomen. We reisden door Europa, voelden ons vrijer dan ooit, lieten zorgen van thuis los en waren ontspannen. We lachten en genoten. 
Merkten hoe we samen soms vergeten dat we met zijn tweeen zijn, en dat we bij elkaar horen. 
We waren een dolgelukkig en zagen zoveel landen, meren en bergen, steden en uitkijkpunten in veertien dagen.


















Eerst bereikten we Luxemburg na een lange tocht door de regen waar we voor een nacht met ons tentje kampeerden. 
Het oude tentje hadden we na het winterkamperen niet goed ingepakt en was vies en vochtig. Het liefste gooiden we het de prullenbak in. 
We reden naar de outdoorwinkel en kochten zonder al te veel na te denken een mooi nieuw tentje voor ons twee.
We wachtten een uur op onze spaghetti die maar niet kookte op het pitje in de te kleine voortent. De volgende dag reden we via het oude kastelen stadje Clerveaux door naar Straatsburg.

Daar overnachtten we bij bij Nora, een lieve dame die we hadden ontmoet via couchsurfing. Ze hield net zoveel van design en mooie vintage spulletjes als wij en had een prachtig appartementje.
We ontbeten met taartjes van de boulancherie aan de overkant . In de ochtenden keek ik graag naar de stad die allang wakker was.



Straatsburg was net zo mooi als ik het me herinnerde van een paar jaar geleden. Het Franse en Duitse door elkaar en de zachtkleurige panden in de binnenstad. We aten veel ijs en bezochten het mooie museum van het vorige blogje. Ontdekten mooie straatjes en dronken savonds wijn met Nora met een framboosje erin.


We legden de laatste dag geplukte bloemen. en een geknipt vosje en een lief briefje voor Nora neer.
Vanuit Straatsburg reden we door de prachtige Franse alpen en langs de vele meren. Aan de Lac Du Coiselet kampeerden we, vanuit de tent zag je de rotsen waar het zonlicht heel mooi op scheen.

Lac du coiselet
















Uitkijkpunt tijdens de route des lacs 






Lac du Mont Cenis









Heel hoog in de bergen voelde het alsof we op een compleet nieuwe wereld waren gekomen.
Een stuwmeer zo blauw als de hemel, het leek net een droom.
We picknickten snel voordat de zon onze huid rood zal maken en genoten van hoe prachtig het was. Reden daarna door naar Italie. We rolden vanuit de hoogte Italie in. 


En toen kwamen we aan in het zonovergoten Italie, telden we de eerste dag 83 broertjes van onze Fiat Panda en logeerden we bij een hippie die heel hard Ciao roep bij elke begroeting, in een klein flat woninkje met twee balkons. Als je op de wc zat kon je de dikke Italiaanse moeders de was zien ophangen op hun eigen balkon en het rook door de hele buurt naar verse pasta die iedereen de hele dag door leek te maken.
We aten laat met veel wijn en de mieren liepen over de vloer. 






































Op de terugweg besefte ik dat er nog zoveel avonturen zullen volgen. Dat ik de rest van de wereld met hem wil ontdekken,
En nu laat de herfst laat al een beetje van zich zien, Ik rook haar tijdens fietstochten door de Utrechtse heuvelrug met mama dit weekend en voelde het al lichtjes in mijn hoofd toen gisteren de wolken donker waren en ik met een snotneus en koude handen naar de kinderdagverblijf fietste met de fietskar.
Er is ook nog iets heel bijzonders gebeurd afgelopen maandag, daarover in het volgende berichtje meer. Want dat mag pas als ik het zelf, met eigen ogen heb gezien, dan voelt alles nog net een beetje echter.

De wind waait nu om het huis in Leuven en de wolken zijn grijs. Ik ga een kopje koffie maken. Met mijn hoofd nog vol fijne zomerherinneringen.


Mogelijk gemaakt door Blogger.